Home Apen-ABC Kroonsifaka

Uiterlijk

Kroonsifaka’s hebben een wollige, witte vacht. Ze hebben een zwart gezicht met een ’zwarte pet’ en bruine schouders. Hun benen zijn een stuk langer dan hun armen. Daardoor kunnen ze niet goed op handen en voeten lopen. Kroonsifaka’s bewegen zich op een andere, heel bijzondere manier voort: rechtop en springend! Kroonsifaka’s behoren tot de halfapen. Ze hebben een spitse snuit met een natte neuspunt. Verder hebben kroonsifaka’s handige eigenschappen om elkaars vacht schoon te maken: tanden in de onderkaak hebben de vorm van een kammetje en een teen met een speciale poetsnagel. Daarmee kunnen ze elkaars vacht goed schoonhouden. Bovendien onderhouden ze zo hun sociale contacten.

Leefgebied

Kroonsifaka’s leven in het wild op het eiland Madagaskar. Daar komen ze vooral voor in tropische, droge loofbossen. Af en toe zoeken ze de mangrovebossen op. Met hun enorme sprongen kunnen ze zich razendsnel voortbewegen en springen ze moeiteloos door stekelige struiken. Kroonsifaka’s hebben namelijk kussentjes (pads) op hun handen en voeten, die hen goed beschermen.

Leefwijze

Kroonsifaka’s leven in kleine groepen. Een groepje bestaat gemiddeld uit vijf dieren: één of meerdere volwassen vrouwtjes, één of meerdere volwassen mannetjes en hun jongjongen. Net als bij veel andere halfapen, zijn de vrouwtjes de baas. Zij hebben bijvoorbeeld als eerste recht op het lekkerste eten.

Gedrag

Kroonsifaka’s zijn meestal vrij stille, rustige dieren. Maar ze kennen een heel scherpe en harde alarmroep! Deze laten ze bijvoorbeeld horen als er gevaar dreigt en ze de groep bij elkaar willen houden. De roep klinkt een beetje als ‘shifàk’. Daar zijn de sifaka’s naar vernoemd. Behalve geluiden, gebruiken kroonsifaka’s ook geuren om met elkaar te communiceren. Met de geurklieren op hun lichaam (anus, borst en keel) laten ze geuren achter. Die geuren vertellen andere dieren iets over hun leeftijd, geslacht en of ze willen paren. Verder zijn kroonsifaka’s heel goede springers. Ze kunnen enorme sprongen maken van wel tien meter ver! Als kroonsifaka’s zich op de grond voortbewegen, doen ze dat met sierlijke, huppende sprongen. Ze hupsen rechtop en houden soms zelfs hun armen boven hun hoofd. Het zijn dan net balletdansers!

Voortplanting

Kroonsifaka’s zijn maar heel kort vruchtbaar: hooguit anderhalve dag per jaar. In die korte tijd paren de vrouwtjes dan met meerdere mannetjes. Zowel in het wild als in Apenheul is het paarseizoen in april. Na een draagtijd van ca. 150 dagen, zet de moeder een jong op de wereld. Het kleintje wordt de eerste tijd door de moeder gedragen, dwars over haar buik. Later verhuist het jong naar haar rug. Na ongeveer een half jaar zijn kroonsifaka’s zelfstandig. Als ze ongeveer twee jaar zijn, zijn ze geslachtsrijp. Vrouwtjes blijven meestal hun hele leven in de groep waar ze zijn geboren. De mannetjes wisselen van groep.

Situatie in het wild

Vroeger werden kroonsifaka’s door mensen vereerd. Kroonsifaka’s nemen namelijk elke dag een zonnebad. Ze zitten of liggen dan met hun armen gespreid en hun gezicht in de zon. Hierdoor dachten mensen dat kroonsifaka’s heilige dieren waren. Vandaag de dag zijn deze taboes grotendeels verdwenen. Mensen jagen actief op de kroonsifaka’s voor hun vlees. Ook verdwijnt hun leefgebied: het regenwoud waar ze leven wordt steeds vaker gekapt. De kroonsifaka’s worden tegenwoordig met uitsterven bedreigd.

In Apenheul

De kroonsifaka’s in Apenheul delen hun verblijf met de Alaotra bamboemaki’s. Ze lopen niet los tussen de bezoekers, want kroonsifaka’s kunnen sprongen maken van wel tien meter ver. Ze zouden dus gemakkelijk over het hek van Apenheul springen. De eerste kroonsifaka’s kwamen in 2005 naar ons park. En de allereerste kroonsifakababy in Nederland werd in Apenheul geboren! Dat was in 2009. Holly, één van de kroonsifakavrouwtjes in Apenheul, heeft een tepelafwijking. Hierdoor kan ze haar jongen niet zelf voeden. De dierverzorgers van Apenheul geven haar baby’s daarom de fles, zonder het contact met de ouders te verbreken.

Fokprogramma 

Apenheul is onderdeel van het Europese fokprogramma (EEP) voor kroonsifaka’s. Door samen te werken met andere internationale dierentuinen, houden we een genetisch gezonde en demografisch stabiele populatie van deze soort in dierentuinen in stand die als reservepopulatie dient.

Apenheul Natuurbehoudfonds

Het Apenheul Natuurbehoudfonds steunt een natuurbehoudproject op Madagaskar om de soort in het wild te beschermen. Met dit project proberen we kroonsifaka’s te verplaatsen naar een gebied waar ze goed kunnen leven en waar ze zich verder kunnen voortplanten.

Leuke weetjes

  • Kroonsifaka’s drinken niet of nauwelijks. Ze alleen vrijwel al hun vocht uit hun dieet, wat vooral uit bladeren bestaat.
  • Kroonsifaka’s zijn zeldzaam in dierentuinen. Je vindt ze maar in een paar dierentuinen in Europa. En daar is Apenheul er één van!